GIVE A LITTLE, GET A LOT
Onze oudste zoon Wannes (10 jaar) kreeg dit weekend een toffe opdracht mee naar huis van zijn meester. Hij mocht namelijk zijn idool interviewen. Papa was niet thuis. Gelukkig stond ik op de gedeelde eerste plaats. Hij mocht de vragen zelf verzinnen en was wel nieuwsgierig naar wie mijn idool zou zijn. Zijn verbazing was groot toen ik zijn naam noemde. Dat ik bewonder hoe hij nog nooit heeft geklaagd over de vele, dagelijkse prikjes. Dat ik fier ben op hoe hij nu al jaren met zijn diabetes type 1 omgaat. Dat ikzelf vast en zeker nooit zo dapper zou zijn, moest het mijn diagnose zijn geweest.
Exact drieënhalf jaar geleden, tijdens de nacht vóór zijn verjaardagsfeestje snelden we naar spoed waar onmiddellijk het verdict viel. We kregen een kamer toegewezen op de kinderafdeling. Ons verblijf voor de komende zes dagen. Hij kreeg een infuus en de hele nacht lang werd zijn bloed gecontroleerd via een vingerprik om het suikergehalte onder controle te krijgen. De emoties die je als moeder dan te verwerken krijgt komen uit zovele hoeken: onmacht, verwarring, onwetendheid, schuld, boosheid,… Allemaal verpakt in dikke, zoute tranen.
Ik ben het hele team van de diabetes-kinderafdeling enorm dankbaar. Ze hebben ons geleerd hoe we Wannes zijn diabetes onder controle moeten houden, procedure voor de vingerprik en bloedcontrole werd ons aangeleerd, het inspuiten van de insuline, berekenen van de koolhydraten,… Ze hebben ons ook (emotioneel) opgevangen en gerustgesteld. Toch was het Wannes die ervoor heeft gezorgd dat ik mijn verdriet kon omzetten in aanvaarding.
Tijdens die eerste dagen in het ziekenhuis probeerde ik me sterk te houden in zijn bijzijn. Het toilet en de gang waren mijn toevlucht wanneer de tranen opborrelden. Maar je kan zoiets niet verbergen. Op de derde dag vroeg hij me met de oprechte nieuwsgierigheid van een kind: ‘Mama, waarom ben je zo verdrietig?’ Met een brok in de keel antwoordde ik: ‘Omdat ik het erg vind dat jij zoveel prikjes krijgt.’ Hij was er niet van onder de indruk. ‘Dat is toch helemaal niet erg!’ Daar en op dat moment heb ik de knop kunnen omdraaien. De relativering van Wannes, de ongecompliceerde realiteit van een zevenjarige die het neemt zoals het is. Daar heb ik mijn kracht terug gevonden om deze nieuwe situatie te omarmen én het niet groter te maken dan het is.
Ik ben het diabetesteam van het Jessa-ziekenhuis erg dankbaar voor hoe ze ons begeleid hebben en nog steeds opvolgen met zorg en geduld en alle beschikbare know-how. Maar Wannes is mijn ware held. Zijn relativering en aanvaarding hebben mij geïnspireerd en wijzer gemaakt. Dank je wel, Wannes, mijn idool.
Els Jammaers
Dankjewel Els om je verhaal te delen. En voor Wannes, een dikke ?
Els,
Ik bewonder je en nog meer hoe Wannes ermee omgaat. Je beschrijft ook sterk hoe het je raakt, als mama, in de nabijheid van alles wat het met zich meebrengt. Als je kind ergens onder moet lijden zou je dat als ouder liefst zelf dragen.
Dan helpt het natuurlijk dat hij zo’n aanvaardende en relativerende houding kan tonen.
Ik wens jullie in die zoektocht samen veel verbinding, nabijheid en warmte toe.
Sabine
Als de dag van gisteren herinner ik t me , mooi verwoord !
Hoe De ontwapenende helderheid van een 10 jarige Helend kan zijn .
Go go go wannes , superhero
“Wat een moeder leren kan” past hier veel beter dan de uitdrukking “wat een moeder lijden kan”.
Prachtig verhaal van hoe kinderen ons als ouder kunnen ondersteunen in moeilijke tijden, zonder dit zelf te beseffen.
Dikke duim voor Wannes en voor jou Els, omdat je als ouder zo vlug de wijsheid van Wannes hebt overgenomen in die emotionele rollercoaster van 3 jaar geleden.
Groetjes,
Mirella
Wannes is heel flink
Wat een topkind! En een terechte trotse moeder! Mooi verwoord hoe je als volwassene door een kind leert relativeren.
Wat kan je fier zijn op zo een zoon die met een moeilijke situatie kan omgaan. Dikke high five vanuit Opitter aan Wannes.